Wonton vellen zijn vierkant. Maak je ze zelf, snijd ze dan eerst op maat. Leg een wontonvel met een punt naar boven voor je neer. Leg een klein beetje vulling in het midden van het wontonvel.
Maak de bovenste twee zijden nat. Dit zijn de plakranden. Vouw nu de onderste driehoekige kant over de vulling en plak de naden goed op de plakranden. Probeer zoveel mogelijk lucht uit de wonton te krijgen. Probeer de vulling zo goed mogelijk op z'n plaats te houden. Druk de naden goed aan. Is er nog ergens een gaatje? Plak dit dicht met wat extra water.
Trek de buitenste punten nu naar beneden zodat er een kleine vouw in het middelste deel, waar de vulling zich bevindt, ontstaat. Het bovenste punten zal een beetje naar je toe kantelen. Vorm dit net zo lang totdat de onderste twee punten elkaar kunnen raken.
Vouw de twee punten nu over elkaar heen en plak dit vast met wat water. Druk de twee punten goed aan elkaar vast. Houd eventueel even vast zodat ze niet terug kunnen vormen, maar goed plakken.
Om uitdroging tijdens het vouwen van wontons te voorkomen, kun je ze bewaren onder een vochtige theedoek of keukenpapiertje.